Jeugdformaat presenteert magazine 'Thuis in twee huizen'
Gepubliceerd op: 08 juni 2021
Een kind van iemand anders opvangen in je gezin: bij Jeugdformaat hebben we er veel ervaring mee. We zien de mooie kanten, maar ook de moeilijke. Daarom hebben we een duidelijke visie op gezinsopvang en gedeeld opvoederschap. Een aspect van die visie is in de afgelopen tijd aangescherpt: de ouders van het kind krijgen een belangrijke plek binnen onze zorg. Dit was altijd al zo, maar vanaf nu willen we hier nóg meer aandacht aan geven. Om deze visie duidelijk uit te dragen, hebben we er een eenmalig magazine over uitgebracht: Thuis in twee huizen, over opgroeien in een overdeelde wereld.
Met deze tekst, voorgelezen door de 14-jarige Karre zelf, begon de lancering van het magazine ‘Thuis in twee huizen’ aan de pleegzorgmedewerkers van Jeugdformaat. Karre zit in een pleeggezin en schrijft deze brief aan zijn ouders. De brief van Karre is een greep uit het eenmalige magazine dat vol staat met verhalen van ouders, pleegouders en gezinshuisouders, pleegkinderen en hulpverleners. Ook zorgdirecteur Iraida Ishaak en zorgmanagers Richard Toussain (manager gezinshuizen) en Mariska van Esveld (manager pleegzorg) delen in het magazine hun visie op gezinsopvang bij Jeugdformaat. Ze bespreken in dit magazine het onderwerp ‘gedeeld opvoederschap’ en de samenwerking tussen ouders en pleeg- of gezinshuisouders. Vanuit zowel pleegzorg als gezinshuizen vertellen verschillende betrokken hoe zij hier vorm aan geven.
Loyaliteit tussen kind en ouder
Zo vertelt gezinshuisouder Marjolein in een interview: ‘Je probeert de ouder altijd te betrekken, maar zowel ouder als kind kan dat moeilijk vinden. Soms zegt een kind iets als: “Ik haat mijn moeder.” Dan zeg ik altijd: “Ik begrijp dat je dit nu voelt, maar het blijft toch je moeder. Uiteindelijk ga je toch weer naar haar verlangen.” Dat zie ik dan ook vaak terug.’ Onderzoekers Marieke Klein Entink en Yvonne Aartsen beamen dit in een ander artikel. Yvonne: ‘Uit ons onderzoek onder pleegkinderen blijkt dat die loyaliteit naar de eigen ouders bijna altijd heel sterk blijft. Ze voelen: dit zijn de mensen uit wie ik ben geboren.’ Marieke vult aan: ‘Er hoeft niet eens altijd contact te zijn, en in bepaalde fases wil het kind misschien niets met zijn ouders te maken hebben. Maar die connectie blijft altijd en het is belangrijk dat daar ruimte voor is.’
Een belangrijkere plek
Die loyaliteit is precies de reden dat de zorgmanagers die gaan over gezinsopvang het cruciaal vinden dat ouders een belangrijke plek krijgen binnen de zorg die verleend wordt. Pleegzorgmanager Mariska van Esveld: ‘Uit onze eigen ervaring en uit wetenschappelijk onderzoek blijkt hoe belangrijk het is voor een kind om in een zo onverdeeld mogelijke wereld op te groeien. Daarnaast is een goede samenwerkingsrelatie cruciaal voor de duurzaamheid en het behoud van de plaatsing.’ Richard Toussain, manager gezinshuizen, vult aan: ‘De jeugdzorg loopt maar maximaal achttien tot twintig jaar mee. Daarna moet het kind – linksom of rechtsom – verder met zijn eigen achtergrond, familie en netwerk. Daarom krijgen zij nu al een belangrijke plek binnen onze zorg.’
Het magazine is verspreid onder alle hulpverleners in gezinshuizen en pleegzorg en onder alle pleegouders en gezinshuisouders van Jeugdformaat.
Ben jij ook benieuwd naar het magazine? Je kunt de PDF-versie downloaden via deze link.