Melany’s dochter werd uit huis geplaatst, maar mocht al snel weer terug: ‘Er ging een knop om’
Gepubliceerd op: 24 maart 2022
Als de veiligheid van een kind ernstig in gevaar is, kan een kind door de jeugdbescherming uit huis geplaatst worden. Altijd wordt toegewerkt naar terugkeer naar het eigen gezin, maar dat vraagt vaak veel van ouders. Wie hier alles van weet, is Melany. Ze kwam met haar 1-jarige dochter onder toezicht te staan na een anonieme melding van cocaïnegebruik en prostitutie. Een uithuisplaatsing en een lang traject met intensieve hulpverlening volgde. Samen met hulpverleners Ilse en Mandy vertelt ze haar verhaal.
Enorme chaos
Melany: ‘Ik weet het nog precies. Het was de week voor kerst. De bel ging. Ik deed open en er stonden drie mensen voor de deur. Ze waren van de kinderbescherming. Ze hadden een anonieme melding over mij gehad en wilden binnen kijken. Ik woonde met Vanessa in een sociale huurwoning die we met urgentie hadden gekregen. Mijn huis was een extreme chaos. Net als mijn hoofd, trouwens. Zes weken na Vanessa’s geboorte was mijn moeder overleden. Ik was 21, had geen huis, geen moeder meer, een vriend met wie ik veel ruzie had en een piepkleine baby. Ik ging samenwonen met mijn vriend, maar dat ging niet goed. We vochten elkaar de tent uit. Wanhopig liet ik mijn vriend achter me. Helemaal alleen met Vanessa kwam ik in een woning terecht. Het ging slechter en slechter. En toen was daar opeens die anonieme melding en daarna de kinderbescherming.’
Knop om
‘Al snel hadden ze genoeg gezien en Vanessa werd bij me weggehaald. De grond zakte onder mijn voeten vandaan. Maar weetje, ik begreep ze ook. Het kon zo niet langer. In die eerste dagen, daar alleen in ons huis, ging er een knop om. Waar was ik eigenlijk mee bezig? Ik besloot te gaan vechten. Als eerste ruimde ik die enorme tyfuszooi in mijn huis op. Met mijn advocaat stuurde ik foto’s naar de rechtbank. Ik kreeg allerlei regels opgelegd van de gezinsvoogd: geen drugs, geen alcohol, geen mensen over de vloer. En: intensieve hulpverlening accepteren als Vanessa weer thuis zou komen. Na vijf weken kwam de eerste overwinning: Vanessa mocht nog niet thuis komen wonen, maar we mochten wel samen naar een moeder-kindhuis. Daar konden we tijdelijk wonen onder begeleiding. Dat ging goed. Toen hielp de coronacrisis een handje mee: door corona konden daar minder mensen wonen, dus mochten we naar huis, áls ik intensieve 6-daagse begeleiding zouden accepteren. Dat deed ik. Alles voor mijn dochter.’
Gemotiveerd
Mandy: ‘Ilse en ik werken binnen Jeugdformaat in een team dat intensieve ambulante begeleiding geeft, ook buiten kantoortijden. Zes dagen per week stond één van ons ‘s ochtends om 7 uur bij Melany op de stoep. We observeerden, ondersteunden en maakten een plan. Al snel zagen we dat Melany gemotiveerd was en dat er veel winst te behalen was. We stelden doelen: consequent zijn, gezond begrenzen, structuur bieden. En we gaven uitleg: over hoe grenzen stellen veiligheid biedt, over hoe consequent zorgt dat je kind niet over je heen loopt, over hoe structuur zorgt voor duidelijkheid.’ Melany: ‘Ik vond het wel lastig, hoor. De hele dag iemand in je huis die let op alles wat je doet. En me tips geeft die ik eerst helemaal niet wil opvolgen. Vanessa is mijn baby, mijn schat. Opeens moest ik soms ‘nee’ tegen haar zeggen, moest ik haar laten huilen, of zelfs even in de hoek zetten als ze iets deed wat niet mocht. Maar na een tijdje begon in het effect te zien. En leerde ik: je bent ook een goede moeder als je consequenties geeft aan dingen die niet goed zijn.’
Op de rit
Ilse: ‘We bouwden echt een mooie band op. In twee jaar hebben we Melany een sterke vrouw zien worden. En een ontzettend warme en betrokken moeder. Omdat we zoveel uren bij haar thuis waren, hadden we ook gesprekken die verder gingen dan opvoedondersteuning. Zoals hoe je in het leven staat, waarom je bepaalde keuzes maakt, wat situaties met je doen. Ik heb heel veel respect voor Melany. We komen nu nog steeds bij haar over de vloer, maar veel minder intensief. Ze kan ons altijd bellen met vragen. Maar we laten haar met een heel gerust hart langzaam los.’
Melany: ‘Ik ben zelf ook in therapie gegaan. Voor alles wat ik als kind heb meegemaakt in mijn eigen gezin. Ook ons gezin stond onder toezicht van een gezinsvoogd en ook ik ben vroeger uit huis geplaatst. Lange tijd stopte ik dat weg, maar nu werk ik daar doorheen. Ik wil rust voor mezelf en voor mijn dochter. En ik wil vooruit kijken, niet achteruit. Het is nu twee jaar na de uithuisplaatsing. Ik sta nu niet meer onder toezicht en heb alles weer op de rit. Er zijn maar weinig casussen waarbij dat zo snel gaat. Maar ik ben er één van. En daar ben ik ontzettend trots op.’